Deze website gebruikt analytische cookies om inzicht te krijgen in de populariteit van de aangeboden artikelen (webstatistieken). Persoonlijke gegevens van bezoekers worden niet vastgelegd.

Nieuw onderzoek laat zien dat een radicale koerswijziging nodig is in investeringen in het energiesysteem om de opwarming van de aarde te beperken tot minder dan 2 graden Celsius – zoals afgesproken in het Parijs-akkoord. Het gaat vooral om een verschuiving: meer geld moet worden geïnvesteerd in duurzame energie en energie-efficiëntie en minder in fossiele brandstoffen. Daarnaast is een toename van investeringen noodzakelijk.

Als onderdeel van het Parijs-akkoord uit 2015 is afgesproken de gemiddelde mondiale temperatuurverandering te beperken tot ruim onder 2 °C, met de intentie om onder de 1,5 °C te blijven. De huidige plannen van landen om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen (de zogenaamde Nationally Determined Contributions, NDC’s) zijn onvoldoende om aan dit doel te voldoen. Er zijn verschillende opties om de uitstoot verder terug te dringen, zoals vergaande energiebesparing, uitfasering van fossiele brandstoffen zonder CO2-afvang, uitbreiding van hernieuwbare energie en/of kernenergie, CO2-afvang, vermindering van niet-CO2-broeikasgassen en herbebossing. Het onderzoek laat zien welk investeringsportfolio hiervoor nodig is.

De totale investeringen in het mondiale energiesysteem waren in 2015 ongeveer 1800 miljard dollar [1]. Naarmate de economie groeit, is de verwachting dat deze investeringen in de toekomst zullen toenemen. De mate waarin dit gebeurt hangt echter wel sterk af van de temperatuurdoelstelling, wat is weergegeven in Figuur 1. Dit figuur laat de toekomstige investeringen in energietechnologieën zien voor verschillende toekomstscenario’s volgens zes mondiale energiemodellen. Het “CPol” scenario geeft de referentie aan waarin alleen het huidige geplande beleid is meegenomen, “NDC” betekent een voorzetting van de NDC’s tot 2050, en “2C” en “1.5C” vertegenwoordigen een kostenoptimaal pad om de 2 °C en 1,5°C doelstellingen in 2100 te halen.

Om de NDC’s van landen te halen is voor 2030 een geschatte extra 130 miljard dollar aan investeringen per jaar nodig, ten opzichte van het huidige beleid. Het beperken van de opwarming tot maximale opwarming tot 2 °C vraagt om een extra investering van 320 miljard dollar per jaar, en een maximale opwarming van 1,5 °C om een extra 480 miljard dollar per jaar. Met andere woorden: de stijging in investeringen blijft beperkt tot ongeveer een kwart van de totale energie-investeringen die wereldwijd al voorzien waren.

PBL klimaatinvesteringen fig1

Figuur 1. Modelprojecties van de gemiddelde jaarlijkse investeringen in het mondiale energiesysteem tussen 2016 en 2050 in miljard US$(2015). Ter referentie: IEA en IRENA projecties; let wel: vergelijkbare scenarios voor CPol and 1.5oC zijn niet beschikbaar. Bovendien zijn de berekeningen aangepast door McCollum et al. om een betere vergelijking mogelijk te maken. Nog steeds zijn energieëfficientiecijfers in deze twee referenties iets onderschat.

Van veel groter belang dan de toename in totale investeringen is de verandering in het energie-investeringsportfolio. Figuur 2 laat dit globaal zien door een onderscheid te maken tussen investeringen in koolstofarme technologieën (duurzame energie en efficiëntie) en in fossiele energietechnologieën. In het huidige klimaatbeleid en het NDC’s-scenario blijft het aandeel van investeringen in koolstofarme technologieën ongeveer gelijk (ca 35-40%). Om de opwarming van de aarde te beperken tot maximaal 1,5 °C of 2 °C moeten investeringen in koolstofarme technologieën daarentegen in 2025 al hoger zijn dan de investeringen in fossiele energietechnologieën. Daarna wordt dit verschil alleen nog maar groter. Om de 1,5 °C doelstelling te behalen moeten de koolstofarme investeringen rond 2035 al 80% van de totale investeringen uitmaken.

Figuur 2. Aandeel investeringen in koolstofarme energie in het totale energieïnvesteringsportfolio. Dikke lijnen = Modelgemiddelden. Grijs = Bandbreedte modelresultaten.

Het onderzoek gaat niet expliciet in op de vraag wie voor de investeringen moet betalen. Wel geeft het aan waar deze moeten worden gedaan – uitgaande van kostenoptimaal klimaatbeleid. De grootste uitbreiding van investeringen zou dan moeten zijn in China, India, Europa en de VS. De G20 landen hebben recent nog eens herbevestigd dat de eerdere toezegging van 100 miljard dollar per jaar (in de 2020 – 2025 periode) bedoeld om emissies in ontwikkelingslanden terug te dringen hoge prioriteit krijgt. Echter, volgens deze studie zou dit voldoende zijn om de NDC doelen te halen, maar zal het de 'investment gap' naar 1,5 °C absoluut niet kunnen dichten. Bovendien ligt de grootste uitdaging dus niet in een intensivering van investeringen, maar in een heroriëntatie. Zonder gebruik van koolstofopslag zullen de investeringen in fossiele energie moeten dalen. Zo kan een situatie worden voorkomen waarin deze investeringen voortijdig moeten worden afgeschreven, met bijbehorende risico’s voor de economie. Klimaatbeleid kan overigens ook gevolgen hebben voor het halen van andere maatschappelijke doelen, zoals de zogenaamde Sustainable Development Goals. Er bestaan in sommige gevallen afwegingen tussen klimaatbeleid en toegang tot voedsel en energie; anderzijds verlaagt klimaatbeleid zeker de benodigde investeringen voor het halen van doelen rond het beperken van luchtverontreiniging.


Het onderzoek is gepubliceerd als: McCollum, D. L. et al. Energy investment needs for fulfilling the Paris Agreement and achieving the Sustainable Development Goals. Nature Energy 3, 589-599, doi:10.1038/ s41560-018-0179-z (2018). Link: https://www.nature.com/articles/s41560-018-0179-z

Nadere inlichtingen zijn te verkrijgen bij Detlef van Vuuren: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken., 0611956484.


Noten

  1. OECD/IEA and IRENA. Perspectives for the energy transition – investment needs for a low- carbon energy system. (Organisation for Economic Co-operation and Development (OECD), International Energy Agency (IEA) & International Renewable Energy Agency (IRENA), 2017).