Deze website gebruikt analytische cookies om inzicht te krijgen in de populariteit van de aangeboden artikelen (webstatistieken). Persoonlijke gegevens van bezoekers worden niet vastgelegd.

Sinds staatssecretaris Bleker het natuurbeheer in Nederland hervormde (of zoals sommigen menen: afbrak) is Staatsbosbeheer (SBB) teruggevallen naar oude, intensieve beheersvormen, die maatschappelijk onrendabel lijken.

Kapvlakten worden geklepeld (oppervlakkig omgewoeld) of zelfs 50 cm diep geploegd. Daarna worden er vaak monoculturen op rijtjes geplant. Het resultaat is een soort aardappelakker met kaarsrechte dijkjes met bomen, een houtakker. Als er niet wordt geplant raakt de grond extreem dicht begroeid met boompjes waar later in gedund moet worden (kostbaar). Zo’n opstand is gevoelig zijn voor grootschalige stormschade omdat alle bomen even oud en groot zijn, en hoog en dun. Monoculturen zijn kwetsbaar voor ziekten en plagen.

Behalve dat het dus slecht is voor de biodiversiteit, komt er veel CO2 vrij door snelle afbraak van de voorraad humus (organisch materiaal). Bovendien wordt de recreatiewaarde sterk aangetast. Immers, die diepe voren en bomen op rijtjes blijven zeker 50 tot 100 jaar zichtbaar, en wie gaat er nou op zondag voor zijn plezier door de houtakkers lopen?

Hoe meer de mens ingrijpt in de natuur, hoe meer cultuur en hoe minder natuur, én hoe lager de recreatie- en natuurwaarde. Zoals Midas Dekkers het ooit zei: ‘De mens moet de handen eens wat minder uit de mouwen steken!’. Maar dat is moeilijk voor de mens en voor SBB.

Daar komt bij dat de extra kosten van bodembewerking en aanplanten of dunnen pas na zo’n 70 jaar opbrengst geven in de vorm van een iets hogere houtopbrengst. Zelfs met een zeer lage rendementseis of discontovoet, kan dat bedrijfseconomisch amper rendabel zijn. In combinatie met de maatschappelijke nadelen voor biodiversiteit, CO2-uitstoot en recreatiewaarde, is het onbegrijpelijk dat Staatsbosbeheer deze methoden nog toepast.

Zogenaamd ‘Natuurvolgend bosbeheer’ (www.natuurvolgendbosbeheer.nl) is een aansprekend alternatief: er wordt selectief en extensief hout geoogst. Dat betekent veel lagere beheerskosten en maar iets lagere houtopbrengst, dus per saldo een hoger bedrijfseconomisch rendement. Tel daarbij op de dat de maatschappelijke baten ook hoger zijn, en dan concludeer ik dat het tijd wordt dat de politiek de hervormingen van Bleker terugdraait en strengere richtlijnen en kaders geeft voor boseigenaren in het algemeen en ons SBB in het bijzonder. En voor milieueconomen: wie maakt of financiert een goede maatschappelijke kosten-batenanalyse om politici en beheerders bij SBB te overtuigen?


Michiel Wind, bosbouwkundig ir en zelfstandig adviseur milieueconomie, Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.