Deze website gebruikt analytische cookies om inzicht te krijgen in de populariteit van de aangeboden artikelen (webstatistieken). Persoonlijke gegevens van bezoekers worden niet vastgelegd.

Burgers geloven dat de transitie naar een duurzame economie op termijn onvermijdelijk is. Ze vinden dat de overheid en het bedrijfsleven het voortouw moeten nemen bij het vervangen van fossiele grondstoffen door plantaardige alternatieven. Voor zichzelf zien ze een beperkte rol weggelegd.

Dat blijkt uit 'My 2030s', het eerste grote kwalitatieve onderzoek naar wensen en zorgen van burgers met betrekking tot de 'Biobased Economy'. My 2030s bestond uit een reeks openbare publieksbijeenkomsten in Nijmegen, Amsterdam, Tilburg en Rotterdam waarin het dagelijks leven in het jaar 2032 centraal stond. Ondernemers, wetenschappers en opiniemakers gaven hun visie op de gevolgen van de 'Biobased Economy' op het dagelijks leven.

Naast de reguliere bezoekers bestond het publiek uit een 'Microsociety', een focusgroep van twintig personen die meerdere bijeenkomsten bijwoonden. Door middel van voor- en nagesprekken werden hun denkbeelden over de Biobased Economy onderzocht.

Nabespreking met de Microsociety

Na afloop van de reeks werd de Microsociety daarnaast nog schriftelijk geënquêteerd. Hieronder de belangrijkste bevindingen.

Positief over bio-grondstoffen, negatief over bio-energie

De explosieve groei van de wereldbevolking, een gelimiteerde beschikbaarheid van fossiele grondstoffen en een toename van de hoeveelheid afval zijn volgens de burgers in de Microsociety de belangrijkste redenen voor  een transitie naar niet-fossiele grondstoffen voor de productie van bijvoorbeeld bioplastics of andere materialen. Over biobrandstoffen bestaat daarentegen veel scepsis: het burgerpanel denkt dat fossiele energiebronnen voorlopig niet daadwerkelijk uitgeput raken. Bovendien zijn volgens hen andere oplossingen in ontwikkeling, zoals waterstof als energiebron.

Positief over circulaire economie, verdeeld over 'huursamenleving'

Positieve kanten van een 'Biobased Samenleving' zijn volgens de Microsociety: het bewuster omgaan met grondstoffen, recycling en het reduceren van afval. Wel bestaat grote verdeeldheid over een verregaande variant van de kringloopeconomie: de 'huursamenleving', waarin de consument vrijwel alle spullen in bruikleen heeft van de fabrikant, die ze na afloop van de gebruiksduur demonteert om er nieuwe producten van te maken. Dit toekomstbeeld roept een fundamentele discussie op bij de Microsociety. Voor sommigen blijkt een 'huursamenleving' een wensbeeld, voor anderen juist een onrealistisch en onwenselijk toekomstscenario.

Tweeslachtig over eigen rol

Er is sprake van een paradox: de leden van de Microsociety staan positief tegenover een 'Biobased Economy'. Tegelijkertijd reageren ze terughoudend als hun gevraagd wordt of ze bereid zijn een extra inspanning te leveren als consument of werknemer. Kennelijk beoordelen burgers de transitie naar een niet-fossiele economie als een ver-van-mijn-bed-show. Ze hebben geen helder zicht op hun eigen rol en vragen zich af of hun kleine bijdrage wel zin heeft om grote wereldproblemen als het grondstoffentekort op te lossen. Ze geven zichzelf dan ook geen voortrekkersrol. Zij vragen overheid en bedrijfsleven het voortouw te nemen.

Resultaten dicht bij huis

'Biobased' uitvindingen moeten bijdragen aan een zichtbare verbetering van de eigen omgeving of het eigen leven, willen ze burgers enthousiasmeren om er actief mee aan de slag te gaan. Gevraagd naar de voordelen van de Biobased Economy zoekt de Microsociety deze dan ook dicht bij huis: minder verspilling van energie (en dus goedkoper) en minder vervuiling van de leefomgeving (en daarom gezonder). Dit zijn egoïstische en daarom zeer relevante motieven om de eigen leefpatronen te willen veranderen. De Microsociety wil daarbij direct een positieve impact ervaren van hun acties. Tegelijkertijd lijkt er draagvlak te bestaan voor een overheid die duurzame projecten van bedrijven stimuleert met subsidies en ongewenst gedrag (uitstoot en afval) zwaarder belast.

Vervolg

My2030s is bedacht en uitgevoerd door strategiebureau Tertium in samenwerking met CSG Centre for Society and the Life Sciences om een begin te maken met de discussie over de maatschappelijke voor- en nadelen van een 'Biobased Economy'. Het project maakt deel uit van het topsectorenbeleid en wordt ondersteund door BE-Basic, een internationaal samenwerkingsverband van dertig universiteiten, onderzoeksinstituten en bedrijven op het gebied van duurzame chemie en ecologie.

De resultaten van My 2030s worden gebruikt als input voor een grote kwalitatieve enquête naar de wensen en zorgen van burgers met betrekking tot de 'Biobased Economy'. De resultaten daarvan worden eind 2013 verwacht.

Tertium werkt momenteel aan een vervolg, waarbij 'stakeholders' uit de 'Biobased Economy' rechtstreeks in contact worden gebracht met de eindgebruikers door middel van een vernieuwende onderzoeks- en campagnemethode met onder meer huiskamerbijeenkomsten.


 Het rapport 'My 2030s – Burgers over de Biobased Economy' kan worden gedownload van de website van Tertium. Inlichtingen: Michiel Hulshof, Tertium, e-mail: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

 

 

 

 

Ga direct naar alle artikelen over:

nME icon overheid groot 3d4

Overheid

nME icon bedrijfsleven2 groot

Bedrijfsleven

nME icon onderzoek groot

Onderzoek

nME icon opinie2 groot

Opinie en debat