Deze website gebruikt analytische cookies om inzicht te krijgen in de populariteit van de aangeboden artikelen (webstatistieken). Persoonlijke gegevens van bezoekers worden niet vastgelegd.

Onlangs promoveerde aan de Vrije Universiteit te Amsterdam Francisco Estrada op het proefschrift ‘A contribution to the study of the economic causes and consequences of climate change: an interdisciplinary approach’. Dit proefschrift vergroot het inzicht in de menselijke rol bij het versterkte broeikaseffect. De economische gevolgen van de door de mens veroorzaakte opwarming zijn waarschijnlijk groter dan voorheen gedacht. Maar ook wordt duidelijk dat emissiereductie van broeikasgassen op relatief korte termijn tot resultaat kan leiden.

De economie van klimaatverandering gaat onvermijdelijk gebukt onder grote kennistheoretische onzekerheid, methodologische problemen en onvolkomenheden, alsmede belangrijke beperkingen op het gebied van data. De uitdagingen voor het onderzoek ernaar zijn dan ook aanzienlijk, hoewel er in de laatste decennia flinke vooruitgang is geboekt bij het begrijpen van zowel de fysische als de sociaaleconomische dimensies van klimaatverandering. In het proefschrift van Estrada worden nieuwe methodologische benaderingen voorgesteld voor het aanpakken van enkele fundamentele kwesties betreffende de economie van klimaatverandering. Hiertoe worden economie, econometrische methoden en kernbegrippen van klimaatfysica en –modellering gecombineerd.

Het eerste deel van de dissertatie behandelt de meest fundamentele vraag binnen de klimaatwetenschap: is klimaatverandering een gevolg van menselijke activiteiten? Om te beginnen worden de gangbare methoden voor het toeschrijven van de waargenomen veranderingen in mondiale temperaturen aan antropogene oorzaken kritisch besproken. Gebruik makend van een verbeterde benadering concludeert de auteur dat de gemeenschappelijke niet-lineaire trend die kenmerkend is voor de tijdreeksen van temperaturen (zowel mondiaal als op het noordelijk en zuidelijk halfrond) en de totale stralingsforcering kan worden teruggevoerd op de stralingsforcering van goed gemengde broeikasgassen (een van de componenten van de totale stralingsforcering), welke in hoofdzaak van menselijke oorsprong is. Het meest opvallende kenmerk van de temperatuur (mondiaal en op beide halfronden) is een abrupte en sterke stijging in de helling van de opwarmingstrend in het midden van de 20e eeuw. Dit verschijnsel is het resultaat van een niet eerder vertoonde toename van emissies en atmosferische concentraties van broeikasgassen die werden geproduceerd door de mondiale economische ‘boom’ na de Tweede Wereldoorlog.

De bevindingen wijzen ook op een sterkere en directere menselijke invloed op de mondiale temperaturen dan voorheen werd gedacht. Ingrijpende sociaaleconomische gebeurtenissen zoals de twee wereldoorlogen en de Grote Depressie, die zich voordeden binnen een kort tijdsbestek en belangrijke effecten hadden op de groei van het BBP en CO2-emissies, kunnen de afkoelingsperiode die zich voordeed tussen de jaren ’40 en ’70 gedeeltelijk verklaren. De meest beleidsrelevante conclusie van deze analyse is dat de afname in de mate van opwarming die sinds het einde van de jaren ’90 is opgetreden een directe menselijke component heeft. De effecten van het Protocol van Montreal en van veranderingen in de landbouwproductie in Azië kunnen een aanzienlijk deel van deze vertraging verklaren. Deze acties laten zien dat het afremmen van de opwarming op korte termijn kan worden gerealiseerd en dat het verminderen van andere broeikasgasemissies dan CO2 een effectieve manier is om dat te doen.

Een ander deel van het proefschrift richt zich op de analyse van de effectfuncties in mondiale economische modellen die gebruikt worden om de kosten van klimaatverandering te ramen. De resultaten wijzen erop dat de mondiale economische effecten die verband houden met door de mens veroorzaakte opwarming vanaf het einde van de 20e eeuw even groot of zelfs groter zijn dan de effecten die verband houden met de natuurlijke variabiliteit. Een prikkelend resultaat is dat de verwachte effecten van klimaatveranderingen in de 21e eeuw, als de temporele dynamiek ervan realistischer wordt gemodelleerd, tot vier keer zo hoog zou kunnen zijn als de schattingen in eerdere studies.

In het proefschrift wordt verder de gangbare benadering voor het bestuderen van een ‘klimaatveranderingssignaal’ in verliezen door extreme gebeurtenissen ter discussie gesteld. Door middel van verbeterde statistische analyses wordt voor het eerst het bestaan van een significante stijgende trend aangetoond in de schade door orkanen en stormen in de VS, die consistent is met de waargenomen opwarming. De economische verliezen zijn mogelijk al toegenomen als gevolg van klimaatverandering en zouden bij een mondiale temperatuurstijging met 1ºC kunnen toenemen met een bedrag tussen $19 en $88 miljard.

Zoals gebruikelijk in studies op het gebied van klimaatverandering wordt de lezer gewezen op de grote en inherente onzekerheden die kenmerkend zijn voor zo’n complex probleem. Aanvullend onderzoek is nodig om onze kennis over klimaatverandering en de potentiële economische consequenties ervan verder te verbeteren.


Het volledige proefschrift is hier te vinden. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de auteur: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken..

Ga direct naar alle artikelen over:

nME icon overheid groot 3d4

Overheid

nME icon bedrijfsleven2 groot

Bedrijfsleven

nME icon onderzoek groot

Onderzoek

nME icon opinie2 groot

Opinie en debat