Deze website gebruikt analytische cookies om inzicht te krijgen in de populariteit van de aangeboden artikelen (webstatistieken). Persoonlijke gegevens van bezoekers worden niet vastgelegd.

Het is tijd voor een herwaardering van infrastructuren als aangrijpingspunt voor duurzaamheidsbeleid. Institutionele hervormingen zijn dringend noodzakelijk om maatschappelijk gewenste investeringen in duurzaamheid uit te lokken en infrastructuren opnieuw een rol te laten spelen als ‘agents of change’. Dat staat in een recent working paper van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR).

Het functioneren van onze economie en samenleving wordt mogelijk gemaakt door infrastructuren. We hebben het hier over statische basisvoorzieningen die bepaalde locaties geschikt maken voor bedrijvigheid, bewoning of andere functies, en over dynamische voorzieningen die de economische en sociale activiteiten op verschillende locaties met elkaar verbinden, via het transport van mensen, goederen en informatie. De aanwezigheid van de juiste infrastructurele voorzieningen op en tussen locaties maakt het mogelijk om verschillende maatschappelijke activiteiten en functies ruimtelijk te bundelen en te verdelen over daarvoor geschikte locaties. Overstromingsveiligheid, energie, water, afval(water)verwijdering, mobiliteit en informatie zijn voor ons vanzelfsprekende voorzieningen: ze falen zelden en ze zijn er al zo lang dat ze inmiddels bij het landschap horen, voor zover ze niet onzichtbaar onder de grond liggen. Maar, infrastructuren zijn zo diep ingebed in de ruimtelijke, economische en sociale structuur dat ze ook figuurlijk uit het zicht zijn verdwenen. Die onzichtbaarheid van infrastructuur leidt gemakkelijk tot onderinvesteringen in aanleg, onderhoud en innovatie: uit het oog en uit het hart.

In het duurzaamheidsdebat worden de huidige infrastructuren vaak genoemd als oorzaak van een langdurig voortdurende lock-in in onduurzame patronen van productie en/of gebruik. Dat is een eenzijdig perspectief. De historische ontwikkeling van infrastructuren kan ook geduid worden als een enorme bijdrage aan een duurzame ontwikkeling. De infrastructuren voor drinkwater en sanitatie die rond het begin van de twintigste eeuw aangelegd werden, maakten gezonde en veilige leefomstandigheden mogelijk voor een groeiende bevolking in steden, in een als gevolg van de industriële revolutie sterk groeiende economie. De ontwikkeling van de elektriciteitsinfrastructuur vanaf circa 1900 en de ontwikkeling van de aardgasinfrastructuur in de zestiger jaren laten ook grote stappen naar duurzaamheid zien. Beide vervingen ze niet alleen aanzienlijk vervuilender technologieën en systemen van energievoorziening uit het verleden, zoals kolen en stadsgas. Ze deden dat ook nog eens met een aanzienlijke verbetering in termen van dekkingsgraad, kwaliteit, betaalbaarheid, gebruikersgemak en leveringszekerheid.

De vraag die zich voordoet is of en hoe die ‘oude’ infrastructuren een nieuwe sprong in duurzaamheid kunnen accommoderen. In ons working paper voor de WRR hebben we die vraag onderzocht, waarbij we diep in de casus van de elektriciteitsinfrastructuur zijn gedoken. We concluderen dat die infrastructuur verrassend flexibel is gebleken in het accommoderen van schonere en hernieuwbare energiebronnen en efficiënter energiegebruik, en dat er nog een groot potentieel voor verduurzaming is. We constateren echter ook dat de stuurbaarheid van de infrastructuurontwikkeling op duurzaamheid op dit moment belemmerd wordt door een ondoorzichtig stelsel van deels contraproductieve instituties, die onder meer ingebed zijn in het ontwerp van de Europese CO2-markt, nationale elektriciteitsmarkten en netwerkregulering. Extra complicaties daarbij zijn de ontvlechting van de infrastructurele waardeketen en bestuurlijke decentralisatie. Uitdagingen voor de toekomst liggen onder meer in het herdefiniëren van de publieke rol in de infrastructuurontwikkeling, in het verbinden van lokaal en (supra)nationaal infrastructuurbeleid, in integratie en harmonisatie van nationale markten, en in het verminderen van de dominantie van korte-termijn marktsignalen.


Het working paper 'Infrastructuren als wegbereiders van duurzaamheid', geschreven door Margot Weijnen (WRR, TU Delft), Aad Correljé (TU Delft) en Laurens de Vries (TU Delft), is te vinden op http://www.wrr.nl/publicaties/publicatie/article/infrastructuren-als-wegbereiders-van-duurzaamheid/. Voor nadere informatie kunt u terecht bij Margot Weijnen (Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.).

Ga direct naar alle artikelen over:

nME icon overheid groot 3d4

Overheid

nME icon bedrijfsleven2 groot

Bedrijfsleven

nME icon onderzoek groot

Onderzoek

nME icon opinie2 groot

Opinie en debat